De Participatiewet is ingegaan per januari 2015 en is de plaats gekomen van de Wet Werk en Bijstand en de Wet Sociale Werkvoorzieningen. De Participatiewet heeft tot doel iedereen die in staat is arbeid te verrichten daartoe aan te sporen. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de participatiewet, en doen dit vaak in samenhang met de uitvoering van de WMO en de Jeugdwet.
Arbeid
De wet gaat ervan uit dat iedereen die arbeid kan verrichten dat in principe binnen het reguliere bedrijfsleven moet kunnen. Om het vinden van werk voor mensen met een arbeidsbeperking mogelijk te maken probeert de overheid met het bedrijfsleven afspraken te maken over het creëren van banen voor mensen met een beperking.
Uitkeringen
Voor Jong Gehandicapten met een WAJONG-uitkering betekent de wet dat in de periode tot 2018 een nieuwe beoordeling van het arbeidsvermogen zal plaats vinden. Mensen die duurzaam geen mogelijkheid hebben om arbeid te verrichten houden hun recht op de WAJONG-uitkering zoals deze nu is. Mensen die mogelijk wel enige arbeid kunnen verrichten zullen door het UWV geholpen moeten worden bij het vinden van werk, en houden wel de WAJONG-uitkering, maar deze zal verlaagd worden tot 70% van het minimumloon.
Mensen met een arbeidsbeperking die een inkomen hebben verdiend met arbeid en hun werk verliezen komen na een periode van ziektewetuitkering en/of werkeloosheidsuitkering in de bijstand terecht.
Beschut werk
Voor de Sociale Werkvoorzieningen betekent de Participatiewet dat deze worden afgebouwd. Alleen mensen die voor 2015 met een vast contract werkzaam waren bij een sociale werkvoorziening, kunnen hun baan houden, maar nieuwe instroom is niet meer mogelijk. Voor mensen die wel arbeidsvermogen hebben, maar dat alleen kunnen in de vorm van een beschutte werkplek, is de gemeente verantwoordelijk.
Beschut werk is voor mensen die alleen in een ‘beschutte’ omgeving onder aangepaste omstandigheden kunnen werken. Het gaat om mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking. Zij hebben meer begeleiding en aanpassing van hun werkplek nodig dan van een reguliere werkgever is te verwachten. Beschut werk kan eenvoudig inpakwerk zijn, maar ook hoogwaardig productiewerk (bijvoorbeeld printplaten maken).
Arbeidsovereenkomst en salaris
Mensen die beschut werk doen zijn in dienst van de gemeente of een reguliere werkgever en krijgen salaris. Ook is het mogelijk dat zij pensioen opbouwen over hun loon. Dit hangt af van hun pensioenregeling.
Beschut werk en detachering
Mensen met een beschutte baan hebben een vaste werkgever. Dit kan een ‘gewone’ (reguliere) werkgever of de gemeente zijn. Behalve bij de eigen werkgever kunnen zij ook bij een andere werkgever aan de slag via detachering. De werknemer blijft dan in dienst van de gemeente of de eigen werkgever.
De werknemer krijgt salaris op basis van de cao van de werkgever. Dit is ten minste het wettelijk minimumloon.